Onmiddellijke aanhouding & voorlopige hechtenis

Eerder dit jaar werd een lokale aannemer onmiddellijk aangehouden omdat hij voor de zoveelste keer veroordeeld werd voor het rijden zonder rijbewijs. De Politierechter veroordeelde de man niet alleen tot bijna vijf jaar effectieve gevangenisstraf en een rijverbod van enkele jaren maar ook tot een onmiddellijke aanhouding!
De rechter achtte het nodig de man meteen van de straat te laten plukken. Hoewel de man nog hoger beroep kon aantekenen en het vonnis dus nog niet definitief was, werd hij toch onmiddellijk aangehouden.
 
Is zo een ingrijpende maatregel hier eigenlijk wel gepast en wanneer kan een onmiddelijke aanhouding worden toegepast? 

We dienden op de dag van aanhouding een verzoekschrift tot vrijlating in waardoor de ondernemer na enkele dagen weer vrij was.  
Auteur
Michiel Van Eeckhoutte
Kernexpertise
Strafrecht - verkeer & aansprakelijkheid
Datum
05.11.2021
Leestijd
3 minuten

Wat is onmiddellijke aanhouding?

Een onmiddellijke aanhouding kan worden uitgevoerd door de politie met het oog op het waarborgen van de nationale veiligheid. De wet op de voorlopige hechtenis van 20 juli 1990 vormt hiervoor het wettelijk kader. De onmiddellijke aanhouding kan uitgesproken worden door zowel de Correctionele Rechtbank als de Politierechtbank.
 

Voorlopige hechtenis

Een voorlopige hechtenis is een maatregel waarbij een verdachte in hechtenis wordt genomen in afwachting van het proces. Dit kan bijvoorbeeld worden toegepast als er een risico bestaat dat de verdachte zal vluchten, het bewijsmateriaal kan vernietigen of het onderzoek kan verstoren. Als een verdachte na een onmiddellijke aanhouding in voorlopige hechtenis wordt genomen, is het van groot belang om zo snel mogelijk contact op te nemen met een gespecialiseerde advocaat. 
 

Wanneer mag de onmiddellijke aanhouding worden opgelegd? 

Een concreet onderbouwde motivering door de Politierechter is noodzakelijk om de onmiddellijke aanhouding of vrijheidsberoving te kunnen rechtvaardigen. Daar knelt soms wel eens het schoentje.

Zoals voorzien in artikel 33, paragraaf 2 van de Wet op de voorlopige hechtenis dient de “beslissing nader aan te geven welke omstandigheden van de zaak de vrees voor het recidivegevaar bepaaldelijk wettigen”.  

In een stevig arrest van het Grondwettelijk Hof d.d. 10 juni 2021 werd invulling gegeven aan “omstandigheden”:  

Het volstaat niet zich te beperken tot het feit dat de aangegeven drempelstraf overschreden wordt. Ook een eenvoudige verwijzing naar het gerechtelijk verleden volstaat niet.

Er moet echt rekening gehouden worden met de huidige, concrete situatie en met alle omstandigheden en persoonlijke kenmerken van de betrokkene. De rechter moet een onmiddellijke aanhouding grondig motiveren. 

Wanneer mag een onmiddellijke aanhouding worden opgelegd? 

  • Wanneer de kans bestaat dat de betrokkene zal vluchten en zich onttrekt aan de strafuitvoering
  • Wanneer de drempel van minimum 3 jaar gevangenisstraf is overschreden
  • Wanneer het risico bestaat dat de veroordeelde tussen diens veroordeling en de strafuitvoering nieuwe feiten zou plegen

Deze laatste voorwaarde, het gevaar op recidive, werd in 2019 toegevoegd en vormt een belangrijke verruiming!
 

Is verzet of hoger beroep tegen een onmiddellijke aanhouding mogelijk?

Neen, in principe kan er geen verzet of beroep worden aangetekend tegen een beslissing tot onmiddellijke aanhouding. 

Er kan wél een apart verzoekschrift tot vrijlating worden ingediend, met vraag tot voorlopige invrijheidsstelling. Hiervoor dien je hoger beroep of verzet te hebben aangetekend tegen het vonnis ten gronde én moet je effectief in de gevangenis verblijven. De procedure tot beëindiging van de onmiddellijke aanhouding staat dus los van de beroepsprocedure ten gronde.

Het is de beroepsrechter die eerst zal oordelen over het verzoek tot de beëindiging van de onmiddellijke aanhouding, en enkel over die maatregel zal oordelen. De beroepsrechter zal dus bepalen of je de procedure in hoger beroep kan afwachten thuis, dan wel in detentie.

In een latere fase zal de beroepsrechter moeten oordelen over het ingestelde beroep, en het vonnis van de Politierechter ten gronde moeten toetsen. Deze twee aparte procedures hebben echter geen invloed op elkaar.

Verzoekschrift tot vrijlating

Voor de lokale aannemer in kwestie werd op de dag van de onmiddellijke aanhouding meteen een verzoekschrift tot vrijlating neergelegd. Na enkele dagen was de aannemer weer vrij en zijn straf werd in beroep aanzienlijk gemilderd.  

Maar voorzichtigheid is dus ook in verkeersmateries geboden. Niet enkel de Correctionele Rechtbank maar ook de Politierechter heeft hier een zeer krachtig wapen in handen. Laat je dus bijstaan door een advocaat om onaangename verrassingen te vermijden.
 

Ben je op zoek naar juridisch advies over verkeersrecht?

Moet je verschijnen voor de Politierechtbank? Contacteer meester Michiel Van Eeckhoutte tijdig inzake aansprakelijkheidsrecht en verkeersrecht. Contacteer meester Van Eeckhoutte op het nummer 051 25 25 04 of stuur een mail naar vaneeckhoutte@vbadvocaten.be.





Terug naar overzicht
Deze website maakt gebruik van cookies om uw gebruikservaring te verbeteren. Door verder te surfen, stemt u in met ons cookie-beleid.   Meer info OK